Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Doch zo hij ze [20]ganselijk te niet maken zal, nadat hij het gehoord zal hebben, zo [21]zal hij haar ongerechtigheid dragen. 20. Hebreeuws, teniet makende zal teniet gemaakt hebben; te weten, niet op denzelfden dag, toen hij ze hoorde, maar een dag of meer daarna. 21. Dat is, zal hij schuldig zijn aan de straf, welke verdiend is door het verbreken der voorgemelde beloften. Zie van deze manier van spreken Lev.5:1. Anderen vertalen hier het Hebreeuwse woord wegnemen; te weten, de ongerechtigheid der vrouw, dat zij door het verbreken van haar gelofte geen schuld zal hebben, noch strafbaar zijn. Gelijk vs.5,8,12 vermeld wordt.